Platvoeten

Net als je denkt dat je alles gehad hebt….  Ha, daar begin ik weer met mijn favoriete openingszin. Dat heb je als je bijna 70 jongeren over de vloer gehad hebt. De rij van zwak, ziek en misselijk, allergieën en persoonlijke ellende wordt dit keer uitgebreid met platvoeten. En niet zo’n beetje ook. Platvoeten van het soort platter dan plat. Zo plat dat de jongen die er aan vast zit volledig met zijn knieën naar binnen wordt getrokken een pinguïn waardig. Het gaat van flap flap flappperde flapper de flap. De Godganse dag door. Trap op: flap flap, flap, trap af: flapper de flapper de flap. Naar de wc: flap, flap, flap, en weer terug: flapper de …. Oké, je hebt beeld. En als het nu ging om maatje klein en poezelig. Nee, het gaat ook nog eens met grof geweld en mega afmetingen. Geen schoen te vinden voor dat jonk. Dat “jonk” vindt het trouwens allemaal ook vervelend maar denkt dat er niets aan te doen is. Ik denk daar anders over. Al was het maar om het flappergeweld een halt toe te roepen. Horen en zien vergaat je als hij door het huis banjert. Niet alleen voorzie ik zelf dat het het komende half jaar een drukte wordt van jewelste maar ik zie ook het probleem voor hem. Het arme kind heeft niet bepaald vooraan gestaan toen ze het lijf en de leden uitdeelden. Het ontbreekt hem overal wel wat aan en bij hem werkt niets zoals bij een ander. Daar kan je ook een soort van identiteit aan ontlenen natuurlijk en daar is hij meester in geworden. We hebben nu met recht een probleem jongere in huis. Gelukkig is hij toch nog wat geworden want van zijn ouders moest hij het niet hebben. Dat maakt het dan weer des te schrijnender. Afijn, ik ga op de barricades. Dat doe ik voor mensen en dieren die laten merken dat ze het verdienen en het zelf niet kunnen. Deze jongen heeft nieuwe voeten nodig en wel snel. Vrolijk flapperend wandelt hij met me over de velden, heuvel op heuvel af, hij wil echt wel. Maar daarna heeft hij pijn en kan niet veel meer. Veertien jaar. Na wat heen en weer gesteggel en allerlei mensen aan het werk gezet te hebben, blijkt er toch een ziektekosten verzekering te zijn. Ergens wordt die uit de mottenballen getoverd kennelijk, want veertien jaar lang was die niet te vinden. We krijgen groen licht. Op naar de dokter. Ik weet allang wat ik wil maar de almachtige dokter hier moet dat beslissen. Hij constateert dan ook platvoeten. Hè, gelukkig. Het jonk is ook blij met deze officiële uitslag. Thuis gekomen zet hij die platvoeten in zijn cv. Maar dan zijn we er nog niet. Voordat er nieuwe voeten komen, dienen er foto’s gemaakt te worden. Als het van buiten al zo’n zootje is, zal het van binnen wel helemaal ellende zijn, ik heb daar geen foto’s voor nodig maar zonder röntgenfoto’s kan niemand iets beginnen. En dus tijgen we een week later naar de röntgenoloog. “Wat is er aan de hand?” wordt er gevraagd (nadat ik de verwijsbrief af heb gegeven). Kijkt u maar even naar zijn voeten mevrouw, dan ziet u het vanzelf. Mevrouw is echter niet snel van haar stuk gebracht en ziet waarschijnlijk nog wel erger zaken. “Pieds plats” mompel ik dan ook maar. Je vangt tenslotte meer vliegen met stroop en haar fout is het ook niet.  Het jonk kan op de gevoelige plaat en na een paar keer van flits flits flits, is het alweer voorbij. We krijgen de negatieven mee naar huis om die later leuk te fotoshoppen. De huisarts, die nog een keer een consultje wil verdienen, is not amused. Ik krijg de wind van voren. “Deze jongen had van kind af aan al op steunzolen moeten lopen! Deze jongen heeft artrose! Het is een schande!” Ik knik en heb allang geleerd dat het niet helpt te zeggen dat ik het jonk pas een maandje ken en dat hij maar een paar maandjes blijft en dat hiervoor andere mensen verantwoordelijk voor hem waren en dat als het aan mij gelegen had dan…. Dat gold ook voor de meisjes met zwangerschapstesten en soa testen en ook voor de jongens met al die allergieën voor allerlei voeding. Hé! Ik sta hier op de barricades hoor! We krijgen in elk geval een verwijsbrief voor de podoloog. Dat had ik allang bedacht natuurlijk. Het jonk is ondertussen dankbaar dat ik al die moeite voor hem doe. Kun je nagaan. Moeite! Het is toch mijn plicht? Je kunt zo’n kind toch niet door laten flapperen? Er gaat weer een week voorbij maar dan is het zo ver. Er wordt serieus naar zijn voeten gekeken en ondertussen netwerk ik me suf voor mijn eigen voetwerkzaamheden. Nu ik bij een soort van collega ben moet ik er maar van profiteren. Het jonk wordt aan zijn lot over gelaten terwijl de podologe en ik honderd uit babbelen. Na een kwartier of iets langer zijn de voeten gemeten en worden de zooltjes klaar gestoomd en in de week gelegd. Over een week zijn ze klaar. We flapperen weer terug naar huis voor de laatste keer. Want over een week, dan lopen we, dan zweven we, dan vliegen we over de weg. Meer dan 200 euro heeft het al met al niet gekost. Dat moet iemand toch op kunnen hoesten voor zo’n jonk?

08-10-2011

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *