12 – De eerste week

 

Klik op een van de foto’s om het foto-album van deze week te bekijken.

De zorg over de ezels bleek ongegrond. Zondagochtend stonden ze zeer tevreden met ronde buiken in het gras. Niet veel later kwamen ze toch omhoog naar de stal om daar nog wat stro te knabbelen. In plaats van dat Gilbert mij stro en hooi komt brengen, haal ik het nu direkt uit de stal. Best makkelijk. Piet en Zoë kunnen nu vanuit de stal zo bij ons naar binnen kijken. Dat doen ze dan ook gezellig. ’s Avonds als het licht bij ons binnen aan is, hebben ze een fantastisch zicht op ons. ‘S Morgens is het omgekeerd en kunnen wij aapjes kijken.

Zondag hebben we ook nog steeds een hoop te doen op Labatut. Ik haal alle piketpalen en dubbele gelijders weg. Theo brandt nog wat laaste restjes weg en veegt de werkplaats aan. Op de valreep redden we nog een paar planten en hardhouten balken. Bij de nieuwe hut proberen we wat orde in de chaos te scheppen voordat het een uitdragerij wordt. Daar moeten we zo wie zo voor oppassen. De brievenbus is het laatste wat we meenemen. Die zetten we naast de koeienstal langs de weg neer. De postbode is al geinformeerd, het wachten is op de eerste post. Waarschijnlijk rekeningen. Maar nee, het blijkt een stapeltje reclame te zijn en later zowaar een pakketje. De postbode is helemaal blij met de stand van de brievenbus alleen Gilbert heeft bedenkingen. Als er ooit weer es een grote machine langs moet komen, dan is de brievenbus meteen een kopje kleiner. En dus verzetten we het geval weer naar een verzoenlijker plekje en hopen dat de postbode nog steeds blij is.
We gaan nu echt in onze cabane leven. Niet alleen meer opbouwen en inrichten. Dan loop je al snel tegen praktische problemen op. Zoals daar zijn bijvoorbeeld de was. De was de was de eeuwige was. We hebben ooit een geweldig Engels wasrek gekregen dat we in de nok van het huisje kunnen ophangen. Aan katrollen laat je het zakken om de was er aan te hangen en dan hijs je de boel weer op. Je kunt er bijna gewoon onderdoor lopen dus het neemt geen plek in. De eerste keer de was ophangen is dan ook even een leuk momentje maar het wordt al snel vervelend als de hondenmanden en kledingkasten  voor  kattenbak aangezien worden.
Maandag 30 november is de belangrijke dag. We vrezen een klein beetje dat alles op het laatste moment toch niet door gaat. Stel je voor …. nee! Liever niet eens voorstellen. Er is geen weg terug meer. Tegen half 1 worden we door de nieuwe bewoners gebeld. Ze zijn aangekomen en willen graag gezamenlijk naar de notaris rijden. Ik stal de honden bij Sigrid. Tenslotte zijn ze hier nog niet gewend en ik wil me daar geen zorgen over maken. Even voor twee uur zijn we weer terug bij af en worden meteen overspoeld door een cannonade aan opmerkingen, verhalen en vragen. Ongevraagd wordt er een half doopceel gelicht. Aangekomen bij de notaris verbazen we ons steeds meer en meer over met name het gedrag van Cathy. Ze blijft maar grote gebaren maken en ostentatief demonstreren hoeveel pijn ze heeft en dus niet kan zitten. Ze verhaalt van allerlei niet ter zake doende dingen waardoor alles uitloopt. Haar man Pascal demonstreert ook ostentatief het tegenovergestelde. Het hele uur dat we er zijn kijkt hij naar een denkbeeldig punt in de verte, verroert zich niet en zegt ook geen boe of bah. Gelukkig dragen we een mondmasker waardoor we niet perse nonverbaal hoeven te reageren op alles wat er gebeurt. Het is een behoorlijke bezoeking. Gelukkig worden we wel nonverbaal gesteund door de makelaar en zijn compagnon. Als de laatste handtekeningen gezet zijn, overhandigen we de voordeursleutels aan de nieuwe bewoners. Die sleutels hebben we zelf nooit gebruikt omdat alles bij ons altijd open stond. Helaas zullen we nog een keer die dag naar Labatut toe moeten. Ze hebben namelijk nog extra meubels overgekocht maar hebben geen cheque bij zich om daarvoor te betalen. Echt heel dom. Om vijf uur staan we er dan ook op de stoep. Een beetje onwennig want waar kunnen we ze vinden? Ik hoor zijn stem uit de keuken maar hij komt niet tevoorschijn. Dat is natuurlijk omdat hij depressief is. Als Cathy tevoorschijn komt begint ze meteen weer een ongevraagde tirade over bio bio zijn. Ik word daar tureluurs van. Ik vind het prima als mensen biologische eten natuurlijk maar ik wil het niet als een religieus dogma opgedrongen krijgen. Ook niet dat corona niet echt bestaat. Geen zin in een discussie daarover. Zeker niet als we staan te wachten op een cheque en zo snel mogelijk weg willen. En oh ja, of we nog een weekje willen wachten met het innen van die cheque want haar rekening is leeg. Alles met elkaar vinden we er van alles van en vinden we vooral een reden om ons zo min mogelijk met deze mensen in te laten. Dat kan je net denken de volgende dag hangt ze al aan de telefoon want ze weet niet waar de stekker van de koelkast in moet. Ik rol met mijn ogen. Pfffffff! Ik strijk over mijn hart, rijd er heen, stop de stekker in het stopcontact, klaar. Ik sla nogmaals een bio covid discussie letterlijk af omdat ze bijna boven op me komt staan. Ik zeg dan ook dat ze te dicht op me staat en doe een stap naar achter. Theatrale armen in de lucht zijn mijn deel. De volgende dag hangt ze alweer aan de telefoon. We zijn zo oud en gehandicapt en depressief en we kennen hier niemand…. we kunnen onze eigen meubels niet verplaatsen in het huis en hebben sterke armen nodig om ons te helpen. Puntje puntje puntje pauze. Denkt ze nu werkelijk dat we in de auto springen en gaan helpen? Hoe is het mogelijk dat deze mensen zo’n huis gekocht hebben? Als je zelf tot niets in staat bent hoe ga je er dan überhaupt leven? Ik probeer onze eigen spierballen hulp van vorige week te contacten en dan zoeken ze het maar uit. Al die verhalen die we nu al hebben aangehoord over al die fijne vrienden die allemaal bij hun komen wonen… voorlopig zijn ze nog ver te zoeken. Zal wel met de niet bestaande covid regelingen te maken hebben.
Voor Gilbert moet het niet meevallen nu er ineens een inbreker in zijn routine komt. Elke ochtend haal ik even een pluk hooi uit de stal. Ik wacht natuurlijk tot deze open is. Ik roep vrolijk van goede morgen, we begroeten met de gebruikelijke zoenen (we zijn tenslotte familie en leven in dezelfde bubbel), ik pak mijn plukje hooi en ga er weer vandoor. Voorheen kwam ik hoogstens eens in de week misschien heel misschien voorbij de stal gebanjerd met de honden. Maar sinds Dartan en Equin goede vijanden zijn, kwam ik eigenlijk niet meer met de honden voorbij. Afijn, Gilbert was dus gewoon om uit zijn bed te rollen, een kop koffie te pakken en dan eens rustig de stal in te wandelen. Gewoon zoals hij is. Komend uit een cultuur met weinig aandacht voor uiterlijk vertoon. Deze week valt het mij op dat er iets aan hem veranderd is. Hij heeft nu meteen ’s morgens zijn tanden al in en bovendien een fris gewassen hoofd met dito geurtje. Ik vind het lief dat hij dat voor mij doet. Ik neem aan dat het voor mij is. Misschien als de nieuwigheid er af is, dat hij weer gewoon als zichzelf verder gaat.
Verder gaat deze week voorbij met het wennen aan nieuwe dingen. Zowel wij als alle beesten. De katten begrijpen het idee van een kattenbak niet meteen en dus plaatsen we na 4 dagen een luik voor zowel de honden als de katten. Daar gaat de één heel handig mee om en de ander helemaal niet. Iedereen is verschillend. De ezels weten nog niet goed wat ze ervan vinden moeten maar blijven erg op zichzelf. Paquito loeit niet alles bij elkaar. Ze zijn aan elkaar over geleverd. Dat verterkt de band tussen hem en Zoë weer. We gaan nog op zoek naar een regelmaat en werkelijk aan het einde van de week staan ze ’s ochtends toch bij hun stalletje te wachten op hooi. Ahoeoeoeoeoe! Balkt Paquito. Há! Roept Gilbert.  En steekt zijn vinger op. De routine begint.
Ook is het eindelijk gelukt om het warm water goed voor elkaar te hebben en dat het niet te pas en te onpas op koud gaat. Dat is pas echt vervelend als je onder de douche staat… Ook lijkt het er op alsof alles redelijk voor elkaar is; geen lekkages meer, warm water, kachel (helaas nog geen houtkachel)…
Ook al meteen deze week planten we een paar bomen. Eerst een druivenstek. Die gaat naast het huisje de grond in en moet in de loop der jaren onder en over het afdak gaan woekeren. Daarna ga ik er met Gilbert op uit door bos en beemd of dan toch de Franse variant: over akker en veld, heuvel op, heuvel af op jacht naar essen bomen. Hoe zeg je dat? Op zoek naar de es. Die groeit hier volop en zaait zich kennelijk makkelijk uit. We vinden een paar mooie jonge boompjes van een meter of 2 hoog. Het voelt heel officieel allemaal. Over 20 jaar zullen het grote bomen zijn. Als ze tenminste opnieuw gaan wortelen want groene vingers heb ik niet. Die beperken zich tot helpen een gat graven, boom er in, aarde er op, water gieten. De natuur moet de rest doen. Maar een mijlpaal is het wel.
Nog een mijlpaal is de internet verbinding. Iets waar ik, als het kon, nog minder verstand van heb maar Theo des te meer. Persoonlijk zou ik geheel geisoleerd raken en zou je al deze verhalen nooit te lezen krijgen omdat ik ze op papier zou schrijven. Nu komt er een mannetje al binnen een week om een schotel te intalleren, die recht op de kerktoren van Puymaurin gericht staat. Daardoor moeten we heel snel internet verbinding hebben. Daar gaat nog wel wat meer aan vooraf. Er moeten leidingen gelegd worden en stekkers moeten aan andere dingen en nog iets met doosjes. Theo loopt tig keer heen en weer van de stal, waar de hele handel geinstalleerd is, naar het huisje, waar het internet geconsumeerd moet worden. Theo kan natuurlijk niet werken zonder muziek. Dat gaat nog leuk worden voor de koeien als ze radio 2 om hun oren krijgen. Of de top 2000 binnenkort. Kijk hier naar zijn lijstje…

4 antwoorden op “12 – De eerste week”

  1. Weer heerlijk gelezen. Je bent een goede schrijfster. Aan Ronald voorgelezen, ook de top2000 lijst.
    Wat een mensen zeg, jullie nieuwe buren. Je wordt bijna bang dat ze jullie blijven lastig vallen. Hoe kun je in Labatut gaan wonen, als je zo bent. Bizar.
    Jullie huis ziet er knus uit. Mooi uitzicht ook weer. En wat fijn dat je de ezels zo kunt zien en de dieren mooi door het luik kunnen.
    Dikke knuffel uit Driehuizen x

  2. Hello…great stort tellers! Don t answer calls……they have overdrawn….your kindness……Sounds like these people are into drama and commotion………..
    Love your sweet “nest and view”. take time to enjoy…rest…nap…recover…..
    love Jackie

  3. I am dumb founded about your property settlement. Does not happen down under. You do not meet the people who inspect your house you need to be out of it when people turn up for inspection. Real estate Agent (Makelaar)negotiate between buyer and seller. Settlement takes place in two seperate places; you in one,buyer in another key goes to the notary/lawyer who puts the loot in your bank account (minus expenses/their charges & government taxes) . Unless you are desperate to meet the buyer and you knock on your own EX front door you do not see them. Done and dusted. Love you both en” geniet van het leven”

  4. Jullie hebben weer een gezellig nest gebouwd met aandacht voor natuur en dier! Ik krijg al grote heimwee!! 🥲 genieten wordt nu toch zeker één van jullie dagelijkse dingen! Xx

Laat een antwoord achter aan Petra Schaumburg-Schotkamp Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *